Akkerbouwer Arnold van Woerkom gebruikt meststoffen gebaseerd op zuren
Geen plant, maar bodem voeden
Niet de planten, maar de bodem moet volgens akkerbouwer Arnold van Woerkom worden bemest.
Deze visie bracht hem bij N-xt Fertilizers, een bedrijf gespecialiseerd in meststoffen gebaseerd op
zuren. “Met conventionele meststoffen vernietig je het bodemleven”, meent Marco van Gurp.
Arnold van Woerkom is zich ervan bewust dat zijn akkerbouwbedrijf een onderdeel is van een keten. Het bedrijf maakt mede daarom deel uit van het samenwerkingsproject De Sjalon (zie kader). “Om het dit concept rendement te behalen, willen we doorgroeien naar 300 hectare. Daar mag ook gerust een veehouder bij zitten, want dat verbreedt de mogelijkheden, ook in verband met de mest”, stelt Van Woerkom. De kracht van het project ligt in de samenwerking. “We kunnen gebruikmaken van elkaars capaciteiten en kwaliteiten”, meent Van Woerkom.
Bodem voeden
De samenwerking en de brainstormsessies met collega-ondernemers hebben de blik van Van Woerkom op de totale keten verruimd. “Wij zijn maar een klein deel en kunnen ons niet permitteren door te gaan, zonder ons oor te luister te leggen bij wat er in de keten speelt. We moeten onze visie veranderen”, meent de akkerbouwer. De primaire sector heeft volgens hem te maken met problemen ten aanzien van groei en gezondheid van planten en dieren, waarmee ook de mens zich uiteindelijk voedt. “Ik heb een verhaal gelezen van een professor die stelde dat de medische wetenschap er wel in is geslaagd de mensheid ouder te laten worden, maar de hoeveelheid ongemakken, ziekten en kwalen is niet afgenomen. Een van de oorzaken die werd gegeven, is dat de inhoud van onze voeding niet meer toereikend is.” Voedselpakketten rond 1920 bevatten 70 verschillende mineralen en sporenelementen. In 1994 is dit afgenomen tot slechts 24. “Volgens
de hoogleraar in het artikel is dit toe te schrijven aan de toestand van de bodem. Vanaf de jaren ’20 werd de landbouw gestimuleerd om met behulp van stikstof, fosfaat en kalium veel voedsel te produceren. “Dat zijn we gaan doen, met alle gevolgen van dien. En dat moet anders. Dit heeft ons gebracht op de gedachte dat we niet de planten moeten voeden, maar de bodem. Die is niet in orde”, zegt Van Woerkom.
N-xt
Van Woekom had al vroeg in de gaten dat er vanuit de wet- en regelgeving beperkingen op de sector afkwamen. “Ik ben een offensieve denker en dacht meteen: ‘hoe lossen we dat op?’ Minder mineralen mogen strooien, betekent dat we moeten bedenken of bemesting efficiënter kan.” Vanuit die gedachte kwam Van Woerkom uit bij N-xt Fertilizers. Uit proeven met hun meststoffen bleek dat met minder input dezelfde opbrengsten werden behaald. “Dat betekende dus meer rendement, ook voor het milieu.” Dat het aanvankelijk iets meer kostte, was vanuit de visie van Van Woerkom minder
van belang. “Alles moet gericht zijn op de continuïteit van de onderneming en ik ben bereid daarin te investeren. Omdat ik meer ruimte heb om organisch materiaal te strooien, levert me het meer op. In de loop van de tijd is er nog een dimensie bijgekomen: het bodemverhaal.”
Bodemleven activeren
Marco van Gurp van N-xt Fertilizers legt uit wat het verschil is tussen hun meststoffen en de reguliere meststoffen. “De laatste zijn gebaseerd op het gebruik van zouten. N-xt maakt gebruik van complexe chemie, die is gebaseerd op zuren.” Hiermee wordt het complexeren van ureum met zuren bedoeld,
wat leidt tot stabiele organische meststoffen. Van Gurp vergelijkt hun meststoffen met de mineralensamenstelling van ‘de oude’ potstalmest. “Met bodemeigen stoffen gedraagt het zich natuurlijk in de grond. De zouten en het chloor in conventionele meststoffen vernietigen het bodemleven.” Als voorbeeld van het effect van zout noemt hij het gebruik van zout om slakken te vernietigen, maar ook het gebruik van zout in de Keulse pot. “Bij deze toepassingen wordt zout gebruikt om het bacterieleven tegen te gaan. En dat strooien wij nu op de grond, terwijl het bacterieleven belangrijk is”, stelt Van Gurp. “Hetzelfde geldt voor chloor”, aldus Van Woerkom. “Met N-xt Fertilizers, gebaseerd op complexe verbindingen, wordt het bodemleven juist geactiveerd. Kijk maar naar potstalmest”, licht Van Gurp toe.
Goede start
Van Woerkom past N-xt FertiVal samen met Moncereen toe bij het poten. De meststof wordt in de rug gebracht. Zo komt het bij de wortels te liggen. N-xt FertiVal is een startmeststof met stikstof en
een bron van bacteriesporen. “Samen met de vele aanwezige sporenelementen is het een bescherming tegen rhizoctonia-infectie en garandeert het een goede start”, meent Van Gurp. De bacteriesporen groeien mee met het wortelstelsel van het gewas. Na het poten wordt er met een machine met meskouters een N-xt bodemmeststof toegepast. Deze bevat ammoniumstikstof,
fosfaat, borium, zwavel en zink. “Dat is de basis van het bemestingsplan”, stelt Van Woerkom. Voor het frezen wordt er nog N-xt Calcium gespoten. Dat bevat ammoniumstikstof, calcium en borium. "De verhoudingen van deze stoffen zijn belangrijk om de calcium opneembaar te maken. Met
de technologie en de formulering van N-xt Calcium kunnen we zonder allerlei negatieve neveneffecten, zoals de verzuring van de grond, het bodemleven in tact laten en toch de gewenste calcium beschikbaar hebben. Dat is belangrijk voor de knolzetting en schurftaantasting”, meent Van
Gurp. Na opkomst wordt bijgestuurd met N-xt bladbespuitingen met amide-N en sporenelementen,
die kunnen worden gecombineerd met ziektebestrijding. Een overbemesting met KAS kan dan achterwege blijven. Per spuitbuurt kan netto 10 kg amide-N in het gewas worden gebracht.
Dosering
Van Woerkom gaat voor de basisgift uit van zijn ervaring. “Ik vind het belangrijk dat het gewas zonder stress groeit en dat geldt niet alleen voor aardappelen.” Bij kunstmest zijn er volgens de akkerbouwer klimaatomstandigheden die de opneembaarheid kunnen belemmeren. “En dan ontstaat stress bij de plant. Als deze situatie zich voordoet, heb je de neiging om bij te gaan geven, maar het is de vraag of dat nodig is. De meststof kan wel aanwezig zijn, maar is misschien niet beschikbaar. Als het weer verandert, kun je er niks meer aan doen. Door te spuiten geef je de behoefte van dat moment. Je hebt een instrument in handen om het gewas op een natuurlijke
wijze te laten afsterven. Een natuurlijk afgestorven gewas is sterker en stabieler dan een afgeslacht gewas.”
Nawerking
Dat de sterkte en stabiliteit van een gewas nawerkt op de volgende generatie, weet Van Woerkom uit ervaring. Hij heeft pootgoed afgeleverd aan een teler die tekort had. “Bij de oogst gaf het nageleverde pootgoed van hetzelfde ras een hogere opbrengst dan de rest van het perceel.” Van Gurp vult aan: “Uit metingen is gebleken dat de energiewaarde van met N-xt behandelde gewassen hoger ligt dan van gewassen die met conventionele meststoffen zijn behandeld.” Niet alleen in de gewassen zelf, maar ook in de melk van koeien die werden gevoerd met gras afkomstig van met N-xt behandelde graslanden werd meer energie gemeten. Van Gurp schrijft dit toe aan de opbouw van de
eiwitten.
Vinger aan pols
Van Woerkom is tevreden over deze manier van bemesten. “Met deze vorm van bemesten kan ik beter een vinger aan de pols houden wat betreft de actuele ontwikkeling van het gewas. Dat geldt niet alleen voor aardappelen, maar ook voor uien en wortelen. Daarnaast is het rendement hoger, wat een enorme winst is voor het milieu.” Van Woerkom hoeft nu geen 150 kg N te geven om 100 kg in de plant te krijgen. “Dat is een troef die ik in handen heb. Daar kan ik wat mee. Als sector moeten we dit soort ontwikkelingen communiceren om krediet bij de consument te krijgen.”