Anders bemesten heeft groot effect op bodemvruchtbaarheid en graskwaliteit
Enkele jaren geleden hoorde melkveehouder Jan Out de visie van N-xt Fertilizers op bemesting. Het verhaal waarin de natuurlijke kracht van de bodem veel beter wordt benut door de bodem in balans te brengen sprak hem aan. Reden om het eens voorzichtig te gaan proberen. Inmiddels ziet hij volop resultaten. Niet alleen op het land, maar zeker ook in de stal. Jan Out: “De eiwitbenutting van het gras is door deze manier van bemesten veel beter geworden en mijn koeien zijn gezonder.”
Het is druk op het melkveebedrijf van de familie Out in Purmer. Gisteren en eergisteren is er volop gras gemaaid. Vandaag wordt er ingekuild. Werkzaamheden waarvoor Jan en Anneke Out en hun zoon Michiel graag een beroep doen op de loonwerker. Tijd dus om even met ons te praten over de bemesting van zijn grasland en de effecten die dit heeft op zijn veestapel. “Als je goed gras teelt, dan is het zaak dat het ook optimaal in de kuil komt”, legt Jan Out uit. “Onze loonwerker heeft daarvoor het beste machinepark. Voor ons reden om zowel het maaien als het inkuilen aan hen over te laten. Schudden doen we wel zelf, mits dat echt nodig is. Als de loonwerker het gras kneust bij het maaien, dan kunnen we bij goed weer prima zonder te schudden inkuilen. Dat is meteen de eerste winst van gras bemesten met de producten van N-xt Fertilizers. Het gras is steviger en bevat minder vocht.”
Smakelijk gras verbetert ruwvoeropname
Sinds Jan Out bemest volgens de aanpak van N-xt Fertilizers heeft hij meer plezier gekregen in zijn graslandmanagement. “Ik ben veel meer bezig met wat er in de bodem gebeurd. Op papier, als de uitslagen van de bodemonderzoeken bekend zijn, maar ook in het veld. Kijken hoe het gras zich ontwikkelt en hoe het bodemleven in de bodem steeds actiever wordt.” Het eerste effect van anders bemesten dat Out waarnam was dat het gras steviger was. “Het voelt ook anders aan. Minder slap en het gaat minder snel liggen.” Volgens Out komt dit zowel bij beweiden als bij het voeren van kuilvoer de smakelijkheid en daarmee de voeropname ten goede. Out: “Wat opvallend is, is dat ik veel minder snel broei zie in het kuilvoer. Ook is de zode de afgelopen jaren dichter geworden, waardoor de onkruiddruk is afgenomen.”
15% minder eiwit uit krachtvoer nodig
De 90 melkkoeien van Out presteren prima op het met N-xt Fertilizers bemeste gras. “Het is moeilijk te meten”, legt de melkveehouder uit. “Maar ik heb sterk de indruk dat de melkproductie met 1 tot 1,5 liter melk per dag is gestegen door een betere kwaliteit ruwvoer. Wat ik heel zeker weet, is dat de eiwitbenutting uit het ruwvoer flink is toegenomen. Ik heb de eiwitgift uit krachtvoer behoorlijk terug kunnen brengen, zonder dat dit nadelige gevolgen had voor de melkproductie of de gehaltes. Ik ben daarin best ver gegaan. Wel tot 15% onder de adviesnorm.” Minder, maar stabieler eiwit voeren heeft volgens Out ook een heel positief effect op de gezondheid van de koeien. Dit komt de levensduur ten goede, ik hoef minder jongvee aan te houden en het medicijnverbruik is met 0,5 dierdagdoseringen tot een absoluut minimum gedaald. Ook heb ik de hoeveelheid kuiltoevoegmiddel gehalveerd. Allemaal economische voordelen die de meerprijs van de N-xt bemesting zeker goed maken.”
Meer eiwit zelf telen
Op de zware zeeklei (55% afslibbaar) verbouwt Out naast 55 hectare gras ook nog 5 hectare snijmaïs en 7 hectare gerst voor de koeien. De gerst wordt geplet en daarna aan de koeien gevoerd. Na de teelt van maïs en gerst wordt er een groenbemester ingezaaid. Meestal bladrammenas of gele mosterd. Out: “Ik overweeg wel eens om wintererwten of veldbonen te gaan telen als voedergewas. Daarmee hoef ik nog minder relatief duur eiwitrijk krachtvoer aan te voeren en worden we steeds meer zelfvoorzienend.”
Je hebt eiwit en eiwit!
N-xt meststoffen staan garant voor een betere graskwaliteit. Dat heeft Jan Out zelf ervaren. Toch komen deze verschillen bij een standaard ruwvoeranalyse niet direct naar boven. Dit komt omdat daarin alleen naar het eiwitgehalte gekeken wordt en niet naar het specifieke achterliggende aminozurenpatroon. Dit blijkt bij met N-xt bemest gras namelijk wezenlijk anders te zijn, dan bij met KAS bemest grasland. Onafhankelijk onderzoek (zie tabel) laat zien dat bij de analyse van de 20 aminozuren in het ruw eiwit, de gehaltes van de essentiële aminozuren Methionine en Lysine in het met N-xt bemeste gras duidelijk hoger zijn, dan in met KAS bemest gras. Bij met KAS bemest gras zien wij daarentegen een hoger aandeel ‘Non proteïn Nitrogen’. Dit is voor de koeien veel minder waardevol als bouwsteen voor de vorming van dierlijke eiwitten (melk of vlees). Bij een slechte balans tussen aminozuren in het aangeboden eiwit kan het dier dit eiwit veel minder goed benutten. Dit verklaart waarom de koeien van de familie Out sinds het gebruik van de N-xt Fertilizers meststoffen beduidend minder eiwit uit krachtvoer nodig hebben.
Bovenstaande tabel geeft een samenvatting van een groot onderzoek dat gedaan is op een proefveld in Wageningen. Dezelfde effecten zien we dus momenteel ook in de praktijk, zoals je kunt lezen a.h.v. ervaringen van Jan Out.